Stappenplan voor het aanplanten van haagplanten
De beste periode voor het aanplanten van haagplanten (zowel met kluit als met kale wortel) is ongeveer tussen eind september tot begin mei, op een moment dat het niet vriest. De weersomstandigheden zijn hierin bepalend, waardoor de aanplantperiode het ene jaar korter/langer kan zijn dan het andere jaar. Indien het aanplanten van planten met kluit of kale wortel door de weersomstandigheden niet meer mogelijk is, worden deze producten ook niet meer aangeboden in onze webshop.
Een haagplant die in pot is opgekweekt kan wel het hele jaar door aangeplant worden, met uitzondering van vorstperiodes.
Hierbij een stappenplan voor het aanplanten van haagplanten:
- Voer de grondbewerking uit zoals beschreven op de pagina grondbewerking. Wanneer u deze stappen volgt maakt u meteen een goede start, wat ten goede komt aan de (aan)groei van de haagplanten. Volg deze instructies op om ongemakken te voorkomen, deze stap is voor 50% verantwoordelijk voor het (aan)groeisucces!
- Graaf vervolgens (in de al omgespitte grond, zie ‘grondbewerking’ hierboven) met een spade of schop een sleuf van minimaal 1,5 keer zo breed is als de kluit van de planten en één tot twee centimeter dieper dan de kluit. Gebruik eventueel een lint om te zorgen dat de haag mooi recht komt te staan.
- Meng vervolgens potgrond of Heijnen Aanplantgrond goed door met de bestaande grond in de sleuf.
- Plaats de haagplanten hierna in de sleuf en laat hierbij de jute zak (indien als kluit geleverd) om de kluit zitten. Deze jute zak wordt afgebroken in de bodem en houdt de aarde bij elkaar, deze dus niet verwijderen. Bij haagplanten in pot verwijdert u de plastic pot alvorens er wordt aangeplant. Controleer vervolgens of de haagplanten mooi recht staan en besproei de kluiten vervolgens met water, zodat ze voldoende vochtig de grond ingaan.
- Vul daarna de sleuf op met de aarde en druk de grond vervolgens rondom de planten stevig aan (met de voeten stevig aandrukken). Wanneer de grond niet stevig wordt aangedrukt is er kans op verdroging, omdat de aarde goed in contact moet komen met de kluit. Let hierbij goed op dat de haagplanten niet te hoog of te laag staan. De juiste aanplantdiepte is makkelijk te onthouden: zorg dat de bovenzijde van de kluit net ietsjes onder het grondoppervlakte staat. Een haagplant mag tot 1 a 2 cm onder de oppervlakte worden aangeplant, maar zeker niet dieper. Te diep aanplanten is niet goed voor haagplanten.
- Wanneer alle haagplanten zijn gezet kan de grond met een hark rondom de planten netjes worden bijgewerkt. Let hierbij op dat u met het harken van de grond niet de planten uit de grond harkt, gewoon licht over de bovenste laag is voldoende om de grond netjes te egaliseren. Eventueel kunt u een zogenoemd klein “zanddijkje” bij de haag harken, zodat tijdens het water geven het water binnen de kaders zal blijven.
- Daarbij adviseren wij om mestkorrels bij de haagplanten te strooien (één keer in maart/april en één keer in juni/juli, herhaal dit vervolgens jaarlijks). Eventueel kan een mulchlaag (houtsnippers of cacaodoppen) rondom de haagplanten worden gestrooid. Deze mulchlaag voorkomt onkruid en vertraagd verdroging van de grond.
- Vervolgens kan u de haagplanten rijkelijk water geven. Hierdoor zakt de bodem nog wat in, waardoor de wortels beter contact maken met de aarde en dus beter nieuwe haarworteltjes kunnen vormen die belangrijk zijn voor de wateropname van de plant. Door de aanwezigheid van vocht kunnen de planten zich gaan wortelen.
Vooral in de eerste periode na aanplanten is het belangrijk om de haagplanten tijdig en rijkelijk water te geven, zodat de bodem vochtig blijft. Op zonnige, warme dagen na aanplanten dient u vrijwel dagelijks water te geven, maar controleer wel altijd eerst of de bodem nog vochtig genoeg is. Is de bodem nog vochtig genoeg, geef dan geen water. Te nat is namelijk ook niet goed.
Wanneer de haagplanten zich volledig hebben geworteld hoeft u minder water te geven. Dit komt omdat het wortelgestel zich dan dermate heeft ontwikkeld dat de plant makkelijker zelf het water uit de bodem kan opnemen. Alleen bij aanhoudende droogte hoeft er in dat geval water gegeven te worden. Hierbij is het beter om in een keer rijkelijk water te geven dan iedere dag een klein beetje. Hierdoor worden ook de wortels gestimuleerd om op zoek te gaan naar water in de bodem.
Let in het begin op met het gebruik van druppelslangen. Deze kunnen deels helpen bij de waterhuishouding, maar in de beginfase reiken de wortels nog niet verder dan de kluit en is een druppelslang alleen niet voldoende. Omdat de haagplant dan nog niet is geworteld dient er met een sproeier (extra) water gegeven te worden op en rondom de kluit. Pas wanneer de haagplant volledig is geworteld, is een druppelslang voldoende.